
VAN DEN WOORDE GODS
2e Serie. Uit het ongeschreven Woord. II.
De mensch is wel diep gevallen, zoo diep, dat hij zelden meer iets beseft van de groote voorrechten, die hem in vergelijking met andere schepselen te beurt zijn gevallen. Aan de hooge, edele gaven zijns geestes beantwoorden de sc ...

VAN DEN WOORDE GODS
2e Serie.
IV.
Het licht der Godskennis doofde in het menschelijk geslacht. Niet anders bleef, dan de onuitroeibare behoefte, die de eeuwen door drong tot een zoeken, of zij Hem mochten tasten en vinden, hoewel Hij niet verre is van een iegelijk van ons. In den nacht ...

VAN DEN WOORDE GODS
XXIV.
Diep in de menschenziel openbaart zich het goddelijk Wezen. De apostel Paulus heeft het zoo treffend juist beschreven in Rom. 1 : 18—21, hoe God verschijnt voor het menschelijk bewustzijn, voor het bewustzijn van elk menschenkind. Hoe ver de mensch ook van zijn God is afgedwaald, hoezee ...

VAN DEN WOORDE GODS.
(Nadruk verboden).
IV.
Van oude tijden af werd het in de kerk reeds verkondigd, zooals het ook in artikel 2 onzer Belijdenis geschreven staat, dat God gekend wordt uit de Natuur en uit de Schriftuur. De Vaderen, met name Calvijn, hadden een diepen indruk van de majesteit en de he ...

VAN DEN WOORDE GODS.
(Nadruk verboden).
VII.
De hemelen welven zich boven onze hoofden en verkondigen de glorie der oneindigheid van Zijn goddelijk Wezen, van de wondere wijsheid, waarin zich Zijn goddelijk denken openbaart, van Zijn eeuwig goddelijk Zijn, waarin zich Zijne onveranderlijkheid uitspre ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
XXXV.
Er is een principieel onderscheid tusschen de moderne evolutionistische wereldbeschouwing en die, welke ons In Gods Woord geopenbaard werd. Dat onderscheid is zoó diep, dat er van eene verzoening tusschen deze beide, hoe dikwijls ook beproefd, toch we ...

VAN DEN WOORDE GODS
2e Serie. XIII.
Daar is dus een principieel onderscheid tusschen den omgang, die er was tusschen God en den mensch voor en na den val. De wijze, waarop God Zich aan den mensch openbaarde, toen hij in ongebroken gemeenschap met Hem verkeerde, was eene geheel andere, dan d ...

VAN DE WOORDE GODS
3e Serie.
XVII.
Gods oudste gemeente heeft reeds een zeer diep inzicht gehad in de beteekenis der wereldzonde harer dagen. Zij was diep doordrongen van de doemschuld der wereld, in welker midden zij leefde, zoodat zij van den ondergang gewis was. En deze ontdekking v ...

VAN DEN WOORDE GODS
3e Serie.
Slot.
XXXVII.
Gods Woord laat ons duidelijk zien, dat er in den loop der eerste eeuwen der menschheidsgeschiedenis niet alleen groote veranderingen hebben plaats gegrepen in den aardbol, waarop wij leven, doch geeft ons ook te verstaan, dat de mensch zelve mede vera ...

VAN DEN WOORDE GODS
XXVII.
„God zeide tot Noach." In deze woorden deelt ons de Schrift mede, hoe Noach van Godswege werd voorbereid op en geroepen tot den bouw der ark. En het heeft van oude tijden af de belangstelling gewekt van de gemeente, om te mogen inzien wat er dan alzoo met dezen No ...